21 augustus – wafeltjes

Dit recept is een echte klassieker. Het is afkomstig van mijn overgrootvader, dus de vader van oma. Vroeger was het de gewoonte om nieuwjaarswafeltjes te maken voor de familie en de buren, zo zetten ze het nieuwe jaar goed in!

Jammer genoeg zit ik met een praktisch probleempje. Mijn wafelijzer heeft het sinds kort begeven. De foto die je dus ziet is al van vroeger, maar ik vond dat deze klassieker echt niet mocht ontbreken.

Nu breekt er weliswaar geen nieuw jaar aan, maar met dit recept begin je alvast goed aan de week!

Ingrediënten

  • 250 gram boerenboter
  • 250 gram kristalsuiker
  • 4 à 5 eieren
  • 3 pakjes vanillesuiker
  • 1 eetlepel cognac
  • 350 gram zelfrijzend bakmeel

Bereiding

Plet de boter met een vork. Voeg alle suikers (dus de kristalsuiker en de vanillesuiker) bij de boter en meng door elkaar met de mixer.
Klop daarna de eieren los. Voeg ze bij het botermengsel en mix.

Doe er de eetlepel cognac bij en mix opnieuw.
Zeef vervolgens het zelfrijzend bakmeel en mix tot je een glad deeg bekomt.

Als het beslag te stijf is, voeg er dan een klein beetje water aan toe.

Laat het mengsel gedurende een halfuurtje rusten.

Bak de wafeltjes in je wafelijzer en breng een toost uit op mijn overgrootvader!

Tip

Met dit recept bak je een 30- tal kleine wafeltjes. Ze blijven enkele dagen lekker vers als je ze bewaart in een blikken doos met een suikerklontje erin.

 

 

 

20 augustus – een hamburger

Soms kan je eens zin hebben in een goede, echte hamburger met alles erop en eraan. Maar als je dit op restaurant bestelt, kan het soms wel eens een vettig boeltje zijn. Daarom probeer ik een iets gezondere variant op tafel te toveren.

Je kan het hamburgerbroodje vullen met je favoriete combinaties. Zo maak ik er eentje met gegrilde courgette en eentje met tomaat & mozzarella. Probeer gerust uit en laat me weten wat de moeite waard is!

Helaas heb ik vandaag geen tijd meer om het recept erop te zetten, maar morgen komt het gerechtje online!

bron: Paulien

 

19 augustus – tomatengranité met basilicum

Aangezien ik van het thuisfront al een aantal opmerkingen heb gekregen om af en toe eens iets gezonder te maken, kies ik voor een hapje met groentjes. We zitten nog volop in het tomatenseizoen, dus een tomatengranité met basilicum is een perfecte deal. Een granité is een soort van sorbet die je moet invriezen, waardoor je nadien een korrelige structuur behoudt. Dit receptje haalde ik uit het boek ‘Tomaten’ van Jenny Linford.

Het is een fris hapje dat perfect past in de zomer. Bovendien kan je ook alles al op voorhand klaarmaken, je hoeft enkel maar de glaasjes te vullen op het moment zelf.

Ingrediënten voor een aperitiefhapje voor 4 personen

  • 310 gram rijpe tomaten (brutogewicht voordat je de tomaten hebt gepeld)
  • 45 gram kristalsuiker
  • versgeperst sap van een halve citroen
  • een flinke hand verse basilicumblaadjes

Bereiding

Doe de tomaten in een hittebestendige kom en giet er kokend water over. Laat ze 1 minuut staan. Giet ze dan af en trek met een scherp mesje voorzichtig het vel eraf. Verwijder de pitjes en de zaadlijsten.

Weeg de tomaten opnieuw. Ik had ongeveer 175 gram tomaten over. Doe de tomaten in de  blender en maal ze tot een puree. Voeg de suiker toe. Let op! De initiële hoeveelheid suiker werd berekend op 310 gram tomaten. Verminder dus de hoeveelheid suiker tot de verhoudingen weer kloppen. (Ik gebruikte ongeveer 25 gram suiker.)

Voeg ook het citroensap toe en meng alles. Je mag heel wat citroensap toevoegen, want die frisheid is zeer lekker in dit gerechtje. Scheur de basilicumblaadjes en roer ze door het mengsel.

Giet het tomatenmengsel in een luchtdicht afsluitbare bak, dek ze af en zet 2 uur in de diepvries. Haal het mengsel er weer uit en schraap met een vork het bevroren deel langs de randen van de bak door het nog niet bevroren deel van het mengsel.
Zet de bak weer 1 uur in de diepvries en herhaal het schrapen en mengen. Vries het nog 1 uur in en roer het om. Herhaal dit proces tot je het aperitiefhapje serveert. Als je dit niet meer omroert, ontstaan er te dikke klonters.

Doe de tomatengranité in een glaasje en laat het je smaken!

 

 

18 augustus – zomerse sinaasappelsorbet

Wil je graag ijs maken, maar heb je geen ijsmachine? Geen probleem! Met dit recept maak je in een handomdraai zelf een overheerlijke sorbet. Op een mooie zomeravond is dit een perfecte afsluiter. Het recept haalde ik van een vriendin die mij wist te overtuigen het traditionele vanillebolletje in te ruilen voor een sinaasappelsorbet.

Ingrediënten voor 1 ‘ijscrèmedoos’

  • 600 gram vruchtvlees van sinaasappelen (weeg dit pas na het pellen en ontpitten)
  • 140 ml water
  • 140 gram suiker

Bereiding

Snij de appelsienen in 6 stukken. Pel ieder stukje en ontpit.
Doe de stukjes in de blender en mix tot je een smeuïge massa verkrijgt.

Giet de massa in een ijscrèmedoos. Ik heb ondervonden dat het handig is als je eerst het ‘schuim’ van de vruchtenmousse afhaalt. Hierdoor kan je dan later gemakkelijker de ijskristallen kapot maken bij het omroeren.

Verwarm het water tot het net niet kookt. Voeg daarna de suiker toe. Blijf roeren tot de suiker volledig is opgelost. Let op! Het mag zeker geen karamel worden.

Laat de suikersiroop even afkoelen en meng het onder de vruchtenmousse.
Nu kan het in de diepvries.

Na een halfuurtje roer je de massa goed om met een vork, zodat alle kristallen kapot zijn. Steek het opnieuw in de diepvries. Blijf dit proces herhalen gedurende een drietal uur.

Na ongeveer 3 uur is de sorbet schepklaar. Je kan de sorbet ook langer bewaren, maar dan haal je je zomerse dessert best een kwartier op voorhand uit de vriezer. Roer nog even om met een vork, zo is het gemakkelijker om mooie bolletjes te scheppen.

Serveer de sorbet met een schijfje sinaasappel en werk af met een blaadje munt.

bron: Paulien

 

 

 

 

 

 

17 augustus – homemade nachochips met aubergine

Als we aperitieven is het meestal met wat chipjes, olijfjes en kaasjes. Ik ben echter al lang op zoek om eens ‘gezonde chips’ te maken, in hoeverre dit mogelijk is natuurlijk… Dit recept is gezonder dan de voorverpakte chips, maar het vereist wel een extra sausje. Zonder een dipsausje zijn de nacho’s iets te droog.

De gewoonte is dat men bij nacho’s guacamole serveert. Dit is een dipsaus op basis van avocado. Maar aangezien we geen avocado’s in huis hebben, moest ik een andere oplossing zoeken. Daarom heb ik gekozen om een dippertje van aubergine te maken.

Ingrediënten

voor de chips

  • 2 maïswraps (die kan je vinden in de supermarkr)
  • olijfolie
  • peper
  • zout
  • eventueel paprikapoeder

voor de auberginekaviaar

  • 1 aubergine
  • enkele takjes tijm
  • enkele takjes rozemarijn
  • 1 teentje knoflook
  • olijfolie
  • enkele druppels citroensap
  • een koffielepel balsamicoazijn

Bereiding

Begin met het bakken van de chips.
Verwarm de oven voor op 200 °C.

Snij de wraps in kleine driehoekjes. Wrijf in met wat olijfolie en leg op een bakplaat met bakpapier. Bestrooi met peper & zout. Eventueel kan je ook nog wat paprikapoeder toevoegen.

foto2

Bak af in de oven. Bij mij ging dit zeer snel! Op amper 5 minuten waren de chips al klaar. Het is dus best dat je dicht in de buurt blijft wanneer ze de oven ingaan, want voor je het weet zijn ze verbrand…

Maak vervolgens de auberginekaviaar.

Verlaag de oventemperatuur naar 180 °C.
Snij de aubergine in de lengte door en maak inkepingen in het vruchtvlees. Vul de inkepingen op met wat rozemarijn, tijm, olijfolie en het teentje knoflook.

Verpak de aubergine met de 2 helften op elkaar in wat aluminiumfolie. Gaar de aubergine in de voorverwarmde oven ongeveer 45 minuten.

Haal de takjes en het teentje look uit de aubergine. Lepel het vruchtvlees uit en doe het in de blender. Mix tot je een smeuïge massa bekomt. Voeg nog enkele druppels citroensap toe en wat balsamicoazijn. Werk af naar smaak met peper en zout.

Serveer de nachochips samen met het auberginesausje.

16 augustus – broodpudding

Als we brood over hebben, dan staat er bij ons steevast broodpudding op het menu. Het recept haalde ik uit het boek van de boerinnenbond, dat dateert van 1977. Ik heb er wel wat minder suiker in gedaan en appeltjes aan toegevoegd. Het is een handig recept om te maken vooraleer je op reis vertrekt, want zo hoef je het brood niet weg te smijten. Je kan het meenemen in de picknicktas en zo heb je nog iets om je op te verheugen tijdens een lange autorit.

onskookboek.png

Ingrediënten

  • 300 gram oud brood
  • een halve liter melk
  • 100 gram kristalsuiker
  • 5 eieren (minder lukt ook)
  • 50 gram rozijnen
  • wat kaneel
  • 1 eetlepel puddingpoeder
  • 2 appels

Bereiding

Doe het brood in stukjes in een kom en giet er de lauw geworden en gesuikerde melk op.
Laat het brood hierin weken. Plet het daarna met een vork (of aardappelstamper) tot je een dikke brij verkrijgt.

Voeg er de rozijnen, de kaneel, de vanillebloem en de geklutste eieren bij.

Verwarm de oven voor op 200 °C hetelucht.

Bekleed een taartvorm met bakpapier en giet alles in de vorm. Snij de appels en beleg de taart vanboven met de appelschijfjes.

Laat ongeveer 45 minuten in een warme oven bakken. Als de bovenkant al bruin is, maar de binnenkant van de taart nog niet gaar, leg dan vanboven op de taart wat aluminiumfolie. Zo zal de broodpudding niet aanbakken en toch goed garen vanbinnen.

Laat afkoelen, verdeel het in stukjes en klaar om op reis te gaan!

 

 

15 augustus – een verfrissende aardbeiensmoothie

Eindelijk is de zon in het land! Dit warme weer vraagt om een verfrissende aardbeiensmoothie. Ik heb een aantal combinaties uitgetest, maar deze is absoluut mijn favoriet! Want wat zeggen ze ook alweer: met een smoothie in de hand, kom je door het hele land?

Ingrediënten voor 1 glas

  • 100 gram aardbeien (dit komt ongeveer overeen met 14 kleine aardbeitjes)
  • 1 takje rode bessen
  • 2 koffielepels granaatappelpitjes
  • een beetje vanille- essence (dit varieert naargelang de smaak)
  • 6 ijsblokjes

Bereiding

Snij het kroontje van de aardbeien. Doe al het fruit (dus de aardbeien, de rode bessen en de granaatappelpitjes) samen in de blender en mix tot je een gladde massa verkrijgt.

Voeg een aantal druppels vanille- essence toe. Proef! Het is altijd gemakkelijker om nog wat toe te voegen, dan de vanillesmaak te verminderen.

Doe daarna de ijsblokjes erbij in de blender. Mix tot je een romige massa bekomt. Giet vervolgens het drankje in een zeef zodat er geen pitjes meer in zitten. Dankzij het zeven krijgt de smoothie ook een mooie structuur.

Serveer de smoothie in een mooi glas, ga naar buiten en geniet nog van je dag!

14 augustus – een hemels chocoladebroodje

Donal Skehan, een 30- jarige charmante Ier, wist me te overtuigen om  zijn chocoladebroodjes te maken. Dit is het recept waar ik tot nog toe het meeste plezier heb aan beleefd! Deze broodjes zien er dan ook veel moeilijker uit dan het in werkelijkheid is. Als je goed naar dit filmpje kijkt, ben ik ervan overtuigd dat je in een handomdraai deze heerlijke broodjes op tafel tovert. De uitleg ziet er soms wat ingewikkeld uit, maar nogmaals: volg de instructies en alles komt goed.

Ingrediënten voor 16 chocoladebroodjes

voor het deeg

  • 400 ml melk
  • 110 gram boerenboter
  • 14 gram gedroogde gist
  • 110 gram kristalsuiker
  • 750 gram witte bloem
  • een halve theelepel zout
  • 2 theelepels gemalen kardemom

voor de afwerking

  • 1 ei

voor de vulling

  • 50 gram zachte boerenboter
  • 45 gram kristalsuiker
  • 200 gram fijngehakte fondantchocolade (je mag de stukjes nog zien)

Bereiding.

Meng in een grote kom de bloem, de suiker en het zout met een houten lepel.
Voeg daarna de gedroogde gist toe en meng opnieuw  met de houten lepel. Je voegt de droge ingrediënten toe in twee stappen, omdat het zout en de gist niet met elkaar in aanraking mogen komen. Als dit wel gebeurt, zal de werking van de gist verminderen.

Smelt de boter op een laag vuurtje. Haal de kookpot van het vuur en giet er de melk bij. De lauwe boter zal ervoor zorgen dat de temperatuur van de melk stijgt. Bovendien wordt zo ook de gist geactiveerd.

Maak een kuiltje in het bloemmengsel en giet vervolgens het warme mengsel erin. Voeg ook de kardemom toe. Roer met een houten lepel tot je voelt dat je een ruw deeg krijgt. Als het deeg een beetje vorm begint te krijgen en niet meer plakt, haal je het uit de kom. Leg het vervolgens op een bebloemd werkvlak.
Kneed het deeg ongeveer 6 minuten goed door. Als het deeg nog te ‘plakkerig’ is, voeg dan nog een beetje bloem toe.
Duw even met je vinger in het deeg, als het deeg ‘terugveert’, dan is het genoeg gekneed.

Leg het deeg in een bebloemde kom. Dek af met vershoudfolie en een vochtige keukendoek. Laat rijzen gedurende 45 minuten op een warme donkere plaats.

Nu is het tijd om de vulling te maken. Doe de suiker bij de zachte boter en meng met een houten lepel totdat je een ‘zachte pasta’ bekomt.

Wanneer het deeg gerezen is, duw je één keer met je vuist in het midden van het deeg zodat de lucht ontsnapt. Haal het uit de kom en verdeel in twee delen. Rol het deeg uit in een rechthoek van ongeveer 3 mm dik. Verdeel de helft van het botermengsel over de lengte van het deeg.

boter3

Verdeel vervolgens de helft van de fijngehakte chocolade over het botermengsel. Vouw de ene helft over de andere helft en druk goed aan.
boter4

Snij de lap deeg in 8 stukken. Dit doe je best door iedere keer in het midden te snijden. (Ik heb in de afbeelding de volgorde genummerd.)

boter4
Maak vervolgens in elk stukje een inkeping, maar niet helemaal tot vanboven.
boter5

Draai de losse uiteinden van ieder stukje in spiraalvorm. Draai het rechterdeel rond de top en druk het onderaan aan. Leg het linkerdeel over de top en druk aan. Kijk nog even op het filmpje hoe Donal het doet.

Herhaal al deze stappen met het tweede deel van het deeg en laat ongeveer 25 minuten rusten op de bakplaat met bakpapier.

Verwarm de oven voor op 180 ° C hetelucht.
Bestrijk de chocoladebroodjes met een losgeklopt eitje.
Bak de broodjes in de oven een kwartiertje tot ze goudbruin kleuren.

De broodjes smaken verrukkelijk als ze nog wat warm zijn. Geniet!
De volgende dag zijn de broodjes ook nog lekker met wat goede boter.

 

 

 

 

 

 

 

13 augustus – chocoladelolly’s

Chocoladeliefhebbers, hou jullie klaar! Dit receptje is niet zo moeilijk, maar zorgt wel onmiddellijk voor een instant wow-gevoel. Het enige wat je nodig hebt is een aantal brochettestokjes, chocolade, een spuitzak en wat nootjes of rozijnen. Dominique Persoone, een bekende chocolatier, toont in dit filmpje hoe het moet. Het is handig als je eerst eens het filmpje bekijkt, zo heb je al een idee wat je te wachten staat.

Ingrediënten

  • 90 gram chocolade
  • wat fijngesneden nootjes
  • wat fijngesneden rozijnen
  • een snuifje zout

Bereiding

Zorg ervoor dat alles klaar staat, want als de chocolade op temperatuur is, moet je snel doorwerken.
Bekleed een houten plank (die in de koelkast kan) met bakpapier. Leg er vervolgens de brochettestokjes op en zorg ervoor dat je genoeg plaats tussen laat. Je kan de stokjes vastplakken met wat plaklint aan het bakpapier, dit om te vermijden dat de stokjes verschuiven wanneer je begint te spuiten.

Leg de fijngesneden nootjes, de rozijnen en het zout klaar op een bordje.

Smelt daarna 2/3 van de chocolade (60 gram) au- bain marie op het vuur. Je kan dit ook doen in de microgolfoven, maar let op dat de chocolade niet verbrandt.

Voeg daarna de rest van de chocolade (30 gram) bij de warme chocolade en blijf roeren. Het is de bedoeling dat de temperatuur van de chocolade afkoelt tot ongeveer 32 °C. Dit noemt ‘tempereren’. Het is nodig dat je de chocolade terug afkoelt, omdat je anders geen ‘krokante bite’ hebt. Je kan voelen of de chocolade de goede temperatuur bereikt door even je vinger in de pot te steken. Als de chocolade lauw aanvoelt, dan is het goed.

Vul daarna een wegwerpspuitzak (deze kan je kopen in de supermarkt) met de getempereerde chocolade. Knip onderaan de zak een klein stukje af, zodat er een klein gaatje ontstaat. Spuit daarna enkele krulletjes op en rond het brochettestokje. Werk af met de nootjes, de rozijnen…

Laat afkoelen in de koelkast.